Het onderscheid tussen rein en onrein vlees
Het onderscheid tussen rein en onrein vlees volgens God.
Als Schepper heeft God niet alleen planten, maar ook dieren als voedsel voor de mensheid voorzien. God schiep echter niet alle dierlijke vleessoorten om door de mens te worden gegeten.
Omdat God verlangt dat de mensheid een goede gezondheid in stand houdt, openbaarde Hij aan de mensheid welke dierlijke vleessoorten Hij specifiek geschapen heeft voor voedsel.
Deze kennis werd vanaf de schepping bekend gemaakt, zoals te zien in het verslag van Noach en de vloed. In Leviticus 11 en Deuteronomium 14 specificeert God zeer duidelijk welke vleessoorten geschikt zijn voor menselijke consumptie en welke niet.
De indeling van rein en onrein is dus eenvoudig herkenbaar aan de kenmerken, die God in de dieren schiep.
Elk warmbloedig zoogdier, die gespleten hoeven heeft en ook herkauwt, is rein om te eten. Alle andere warmbloedige dieren zijn onrein.
Van de schepsels, die in het water leven zijn alleen vissen met vinnen en schubben rein om te eten. Alle andere zijn onrein.
Van het gevogelte verbiedt God het eten van het vlees van vogels die aaseters zijn.
Alle reptielen zijn onrein, net als alle insecten, behalve:
Leviticus 11:
20 Alle gevleugelde insecten die op vier poten gaan, zijn voor u iets afschuwelijks.
21 Maar deze mag u wel eten van alle gevleugelde insecten die op vier poten gaan en die naast hun poten een stel springpoten hebben om daarmee over de grond te springen.
22 Daarvan mag u de volgende eten: elke soort veldsprinkhaan, elke soort sabelsprinkhaan, elke soort krekel en elke soort doornsprinkhaan.
23 Maar alle gevleugelde insecten die vier poten hebben, zijn voor u iets afschuwelijks.
In tegenstelling tot het geloof van veel traditionele Christenen verklaart het Nieuwe Testament Gods wetten van rein en onrein vlees niet nietig of ongeldig.
Het twistgesprek tussen Jezus Christus en de Farizeeën in Markus 7 ging niet over het eten van rein en onrein vlees. Het ging over het eten van voedsel met ongewassen handen van Zijn discipelen.
Het visioen, dat Petrus zag en in Handelingen 10 werd opgetekend om te openbaren dat geen mens “onheilig of onrein” genoemd mag worden. (vers 28)
- Het was geen goddelijke goedkeuring om Gods wetten van rein en onrein vlees te veranderen of af te schaffen.
De Apostel Paulus bevestigde de wetten van rein en onrein vlees als een vereiste voor Christenen.
Hij beschreef de vleessoorten, die voor Christenen toegestaan waren om te eten als “die God geschapen heeft voor de gelovigen en voor hen die de waarheid [de Bijbel, het Woord van God is Waarheid – Johannes 17:17] hebben leren kennen, om onder dankzegging aanvaard te worden”. (1 Timoteüs 4:3)
- Paulus liet duidelijk zien, dat sommige vleessoorten geschapen waren om te eten en andere waren niet geschapen om te eten.
Paulus vervolgde, “Want alles wat God geschapen heeft, [dat Hij bestemd heeft voor menselijke consumptie] is goed en niets is verwerpelijk, wanneer het onder dankzegging aanvaard wordt. Want het wordt geheiligd [apart gezet] door het Woord van God [zoals geopenbaard in de Bijbel] en door het gebed”. (vers 4-5)
Wat zegt de Bijbel? |
|||
Leviticus 11:1-31 | Deuteronomium 14:3-20 | Markus 7:1-16 | Handelingen 10:1-28 |
1 Timoteüs 4:3-5 | Jesaja 66:17 | Genesis 7:2; 8:20 |
• • • • • • •
Meer informatie over: Vissen en schelpdieren eten, vindt u hier.
Overzicht Bijbelse begrippen vindt u hier.
BRON: CBCG : Beliefs and Doctrines of the New Testament Church
[Bijbelteksten zijn ontleend aan de Herziene Statenvertaling © 2010 Stichting HSV’][Nadruk van ons]