De gerechtigheid van de Wet door uw Schepper
De gerechtigheid van de Wet door uw Schepper
God is zowel Schepper als Wetgever. Toen God de mensheid schiep, stelde Hij ook rechtvaardige wetten in. Wetten die de relatie van de mens met Hem en met zijn naaste regelen.
De wetten van God trekken een duidelijke lijn tussen daden, die goed en rechtvaardig zijn in Gods ogen. Dat in tegenstelling tot daden, die slecht en zondig zijn.
Zonder Gods wetten zouden er geen zonden zijn. De Bijbel verklaart dat “…..waar geen wet is, is ook geen overtreding…..(Romeinen 4:15) ……door de wet is immers kennis van zonde”. (Romeinen 3:20)
Het Bijbelse verslag van de zonden van Adam en Eva en ook van de naties, die van hen afstammen maakt duidelijk, dat de wetten van God vanaf het begin verplicht zijn voor de mensheid.
In oudtestamentische tijden werd een man of vrouw, die Gods geboden hield en aan Zijn eisen voldeed in de letter van de wet, rechtvaardig bevonden voor God.
Dit soort van rechtvaardigheid werd verdiend door het doen van de werken van de wet. Dit bracht vele fysieke en materiële zegeningen van God. Namelijk gezondheid en voorspoed, bevrijding van vijanden, vrede en lang leven.
Toen God een verbond sloot met Israël verkondigde Hij via Mozes dat degenen, die Zijn wetten en geboden hielden “erdoor leven”. Omdat zij gespaard zouden worden voor de straffen en vervloekingen, die vastgesteld waren voor wetsovertreders – inclusief de doodstraf.
De gerechtigheid van de wet had vele zegeningen tot gevolg voor hen, die gehoorzaamden. Maar men kon door het vervullen van de letter van de wet geen eeuwig leven verwerven.
- De belofte van behoud en eeuwig leven is Gods vrije en onverdiende gift en
- wordt alleen geschonken door de gerechtigheid van geloof.
De vereiste gerechtigheid van de letter van de wet was een “schoolmeester” of leraar:
- Om de goddeloosheid en zwakte van de menselijke natuur te openbaren en
- de noodzaak aan te geven voor een betere gerechtigheid – de gerechtigheid van geloof.
Wat zegt de Bijbel? |
|||
Genesis 3:11-13; 4:7-11 | Genesis 6:5-13; 15:16 | Leviticus 18:5 | Jeremia 18:7-10 |
Ezechiël 20:11, 13, 21 | Spreuken 4:4 | Deuteronomium 28:1-13 | Deuteronomium 4:1-13; 6:1-4 |
Galaten 3:11 | Romeinen 10:5 | Romeinen 3:9-22; 4:13-16 | Romeinen 2:11-13 |
Wordt vervolgd met: Gerechtigheid van geloof – geschenk van de Vader
Overzicht Bijbelse begrippen vindt u hier.
BRON: CBCG : Beliefs and Doctrines of the New Testament Church
[Bijbelteksten zijn ontleend aan de Herziene Statenvertaling © 2010 Stichting HSV’][Nadruk van ons]