Noodzakelijke verborgen kennis van Jezus Christus
Noodzakelijke verborgen kennis van Jezus Christus, nu geopenbaard
Toen Paulus in gevangenschap in Rome verbleef (ongeveer 61-63 n. Chr.) schreef hij epistels aan de Efeziërs, Filippenzen en Kolossenzen. Deze epistels bevatten belangrijke aspecten van de “latere openbaringen” van Jezus.
In Kolossenzen schrijft Paulus ook dat sommige van deze geopenbaarde kennis “eeuwen en geslachten” lang eigenlijk verborgen waren. Feitelijk was deze kennis zo belangrijk, dat het eigenlijk zou dienen om het Woord van God te voltooien – volledig vullen!
Let op:
“Nu verblijd ik mij in mijn lijden voor u. Ik vervul in mijn vlees wat overblijft van de verdrukkingen van Christus. En dat ten behoeve van Zijn lichaam, dat is de gemeente.
Daarvan ben ik een dienaar geworden, overeenkomstig de taak in de dienst van God. Die mij met het oog op u gegeven is om het Woord van God te vervullen. Namelijk het geheimenis, dat eeuwen en geslachten lang verborgen is geweest, maar nu geopenbaard is aan Zijn heiligen. Aan hen heeft God willen bekendmaken wat de rijkdom is van de heerlijkheid van dit geheimenis onder de heidenen. Namelijk Christus in u, de hoop op de heerlijkheid”.
(Kolossenzen 1:24-27)
Door Gods Heilige Geest in Uw verstand en hart, groei in genade en kennis.
Paulus toont hier aan, dat het geestelijk Werk van God in elke gelovige zich concentreert op de geestelijke realiteit van “Christus in U”. Inderdaad, door de innerlijke werkingen van Gods Heilige Geest in Uw verstand en hart, groeit U in genade en kennis. Dit is precies hoe God in U het karakter van Jezus ontwikkelt. Paulus beschrijft dit proces ergens anders als Christus, die “gestalte in u krijgt”. (Galaten 4:19) Dit is ware transformatie of bekering – het vernieuwen van Uw verstand door Gods kracht. (Romeinen 12:2) Om dit tot stand te brengen, moet U zich aan God in liefde en gehoorzaamheid onderwerpen. Paulus spoorde aan: “Laat daarom die gezindheid in u zijn die ook in Christus Jezus was”. (Filippenzen 2:5)
Efeze is wellicht de meest geestelijke en inspirerende van de epistels van Paulus. De Apostel verklaart dat deze openbaring niet alleen aan hem is gegeven, maar ook aan alle Apostelen en profeten:
“Om deze reden ben ik, Paulus, de gevangene van Christus Jezus. En wel voor u, die heidenen bent. Als u tenminste gehoord hebt van de uitdeling van de genade van God die aan mij gegeven is ten behoeve van u. Dat Hij mij door openbaring dit geheimenis bekendgemaakt heeft. (Zoals ik eerder in het kort geschreven heb. Waaraan u, als u dit leest, mijn inzicht kunt bemerken in het geheimenis van Christus). Dat in andere tijden niet bekendgemaakt is aan de mensenkinderen. Zoals het nu geopenbaard is aan Zijn heilige apostelen en profeten door de Geest.
Noodzakelijke verborgen kennis van Jezus Christus geopenbaard aan de Heidenen
Namelijk dat de heidenen mede-erfgenamen zijn en tot hetzelfde lichaam behoren. Zij zijn mede-deelgenoten van Zijn belofte in Christus, door het Evangelie. Waarvan ik een dienaar geworden ben. En wel krachtens de gave van de genade van God, die mij gegeven is. Overeenkomstig de werking van Zijn kracht.
Mij, de allerminste van alle heiligen, is deze genade gegeven, om onder de heidenen door het Evangelie de onnaspeurlijke rijkdom van Christus te verkondigen. En allen te verlichten, opdat zij mogen begrijpen wat de gemeenschap aan het geheimenis inhoudt. Dat door de eeuwen heen verborgen is geweest in God. Die alle dingen geschapen heeft door Jezus Christus”.
(Efeze 3:1-9)
Zoals wij zullen zien heeft dit diepgaande mysterie van God – nooit tevoren bekend gemaakt tot in de tijd van Paulus – haar begin in de oude wereld.
Wordt vervolgd met: Gepland vóór de grondlegging van de wereld
[Bijbelteksten zijn ontleend aan de Herziene Statenvertaling © 2010 Stichting HSV’][Nadruk van ons]