Geestelijk groeien in een goddelijke omgeving
Spreuken 17: Geestelijk groeien in een goddelijke omgeving
Spreuken 17:1. Beter een droge bete en rust daarbij, dan een huis vol vleesspijzen, waarover men twist.
God wil geen strijd en verwarring. Als we op deze dingen zijn gericht, kunnen we ons niet richten op de dingen van God. Hier wordt het eten van een snee droog brood gesteld tegenover het eten in een vijfsterren restaurant waar God helemaal niet in beeld komt.
We kunnen geestelijk niet groeien in een goddeloze omgeving en zulke relaties weerspiegelen niet wat God wil.
God brengt hier in principe tot uiting dat het beter is om van een geestelijk feestmaal te genieten dan van een fysiek feestmaal.
In feite draait het niet om de maaltijd maar om Wie ons die maaltijd gaf en die in dankbaarheid aanvaarden.
De vruchten van strijd zijn:
- boosheid, bij tijden opzettelijke onwetendheid,
- trots en niet bereid zijn zich te voegen,
- op zelfzuchtige manier verwerpen van het juiste punt van aandacht,
- zichzelf aanstellen over gemeenschappelijke goederen,
- verwerping van goddelijk leiderschap.
Spreuken 25:24. Beter te wonen op een hoek van het dak dan met een twistzieke vrouw in een gemeenschappelijke woning.
1 Corinthiërs 7:14-16. Want de ongelovige man is geheiligd in zijn vrouw en de ongelovige vrouw is geheiligd in de broeder. Anders zouden immers uw kinderen onrein zijn, doch nu zijn zij heilig.
Maar indien de ongelovige haar verlaat, laat hij haar verlaten. De broeder of zuster is in dit geval niet gebonden; tot vrede heeft God u geroepen.
Want hoe kunt gij weten, vrouw, dat gij uw man zult redden? Of hoe kunt gij weten, man, dat gij uw vrouw zult redden?
1 Timotheüs 6:3-5. Indien iemand een andere leer verkondigt en zich niet voegt naar de gezonde woorden van onze Here Jezus Christus en de leer der godsvrucht. Dan is hij opgeblazen, hoewel hij niets weet, en heeft hij een zwak voor geschillen en haarkloverijen, een bron van nijd, twist, lasteringen, kwade vermoedens, en geharrewar bij mensen die niet helder meer zijn van denken en het spoor der waarheid bijster geraakt zijn, daar zij de godsvrucht als iets winstgevends beschouwen. [Statenvertaling voegt toe: Wijk af van dezulken.]
Spreuken 10:12. Haat verwekt krakelen, maar liefde bedekt alle overtredingen.
- Wat is de oplossing?
Romeinen 13:13-14. Laten wij, als bij lichte dag, eerbaar wandelen, niet in brasserijen en drinkgelagen, niet in wellust en losbandigheid, niet in twist en nijd! Maar doet de Here Jezus Christus aan en wijdt geen zorg aan het vlees, zodat begeerten worden opgewekt.
Strijd kan worden veroorzaakt door een verlangen om iets te bezitten dat God ons niet heeft gegeven. Sommige vrouwen willen mannen zijn. Sommige mannen willen vrouwen zijn.
Strijd is daar aanwezig waar we het niet met God eens zijn over een onderwerp en waar we ons niet naar Hem willen voegen, zoals Lucifer nog steeds strijdt met God.
Jacobus 3:16-18. Want waar naijver en zelfzucht heerst, daar is wanorde en allerlei kwade praktijk. Maar de wijsheid van boven is vooreerst rein, vervolgens vreedzaam, vriendelijk, gezeggelijk, vol van ontferming en goede vruchten, onpartijdig en ongeveinsd. Maar gerechtigheid is een vrucht, die in vrede wordt gezaaid voor hen, die vrede stichten.
Mensen die door middel van strijd hun zin willen krijgen, zullen niet in Gods Koninkrijk zijn.
Spreuken 17:2. Een verstandig slaaf zal heersen over een zoon die zich schandelijk gedraagt, en zal in de erfenis delen te midden der broeders.
Als je een biologische zoon bent, maakt je dat nog niet tot zoon. Johannes de Doper zei:
Mattheüs 3:9. En beeldt u niet in, dat gij bij uzelf kunt zeggen: Wij hebben Abraham tot vader, want ik zeg u, dat God bij machte is uit deze stenen [voor] Abraham kinderen te verwekken.
Echte familie houdt van je als familie.
Niemand dwong Ezau ertoe zijn eerstgeboorterecht te verkopen voor een schotel linzengerecht. Maar hij had dusdanig weinig respect voor de naam van zijn vader en zijn familie dat hij dat gewoon deed.
Mattheüs 10:21 …. En kinderen zullen opstaan tegen hun ouders en hen ter dood brengen.
- Wie behoren bij de familie van Christus?
Mattheüs 12:48-50. …Wie is mijn moeder en wie zijn mijn broeders? En Hij strekte zijn hand uit over zijn discipelen en zeide: Ziedaar mijn moeder en mijn broeders. Want al wie doet de wil mijns Vaders, die in de hemelen is, die is mijn broeder en zuster en moeder.
Dat is inclusief heidenen die tot behoud zijn geroepen om ook zonen en dochters te worden, terwijl sommige Israëlieten er geen deel aan zullen hebben.
Mattheüs 22:1-10. En Jezus antwoordde en sprak wederom in gelijkenissen tot hen en zeide: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een koning, die voor zijn zoon een bruiloft aanrichtte. En hij zond zijn slaven uit om de ter bruiloft genodigden te roepen, doch zij wilden niet komen.
Wederom zond hij andere slaven uit, met de boodschap: Zegt de genodigden: Zie, ik heb mijn maaltijd bereid, mijn ossen en gemeste beesten zijn geslacht en alles is gereed; komt tot de bruiloft. Maar zij sloegen er geen acht op en gingen heen, de een naar zijn akker, de ander naar zijn zaken. De overigen grepen zijn slaven, en zij mishandelden en doodden hen.
En de koning werd toornig, en hij zond zijn legers uit en verdelgde die moordenaars en stak hun stad in brand.
Toen zeide hij tot zijn slaven: De bruiloft is wel gereed, maar de genodigden waren het niet waard. Gaat daarom naar de kruispunten der wegen en nodigt allen, die gij aantreft tot de bruiloft. En die slaven gingen naar de wegen en verzamelden allen, die zij aantroffen, zowel slechten als goeden. En de bruiloftszaal werd vol met hen, die aanlagen.
Spreuken 17:3. De smeltkroes is voor het zilver en de oven voor het goud, maar de toetser der harten is de HERE.
We proberen dingen van grote waarde toe te laten nemen in waarde. We willen het zuiverste zilver en goud, maar dat kan alleen maar worden bereikt door de smeltkroes.
De houding van een christen is als beschreven wordt in:
Psalm 26:2. Toets mij, HERE, en beproef mij, keur mijn nieren en mijn hart.
We ontwikkelen karakter als onze waarden worden uitgedaagd.
Jacobus 1:2-4. Houdt het voor enkel vreugde, mijn broeders, wanneer gij in velerlei verzoekingen valt, want gij weet, dat de beproefdheid van uw geloof volharding uitwerkt. Maar die volharding moet volkomen doorwerken, zodat gij volkomen en onberispelijk zijt en in niets te kort schiet.
We zullen leren dat Gods weg de juiste is, deze wereld is verkeerd. God is groter dan welke beproeving ook.
Er komt een tijd dat ouders zich niet langer met het leven van hun kinderen moeten bemoeien om ze zelf van het leven te laten leren en te leren wat het leven niet is. Hen behoeden voor de straf zal er zeker voor zorgen dat ze nooit zullen leren.
Spreuken 17:4. Een booswicht schenkt aandacht aan een bedrieglijke lip; valsheid leent het oor aan de verderfelijke tong.
We zien hier een slecht karakter – karaktermoord is de geest van doden. Zij willen het ergste geloven dat er in iemand kan zijn. Sommige mensen genieten ervan om door alle smerige details te gaan.
- Waarom is dat verkeerd?
- Wat bedoelen we met leugenaar?
We zijn allemaal schuldig en hebben behoefte aan vergeving van zonde. God verwacht dus op zijn minst dat we de zonden van anderen bedekken zoals wij willen dat onze zonden door het bloed van Christus worden bedekt.
Mattheüs 18:23-34. Daarom is het Koninkrijk der hemelen te vergelijken met een koning, die afrekening wilde houden met zijn slaven.
Toen hij begon te rekenen, werd een voor hem geleid, die tienduizend talenten schuldig was. Omdat hij niet bij machte was te betalen, beval zijn heer hem te verkopen, met zijn vrouw en kinderen en al wat hij bezat, opdat er betaald kon worden. De slaaf wierp zich neder als smekeling en zeide: Heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. De heer van die slaaf kreeg medelijden met hem en hij liet hem vrij en schold hem de schuld kwijt.
Toen die slaaf wegging, trof hij een zijner medeslaven aan, die hem honderd schellingen schuldig was, en hij greep hem bij de keel en zeide: Betaal wat gij schuldig zijt. De medeslaaf nu wierp zich voor hem neder en bad hem dringend, zeggende: Heb geduld met mij en ik zal u betalen. Doch hij wilde niet, maar ging heen en zette hem gevangen, totdat hij het verschuldigde zou betaald hebben. Toen nu zijn medeslaven zagen, wat er gebeurd was, werden zij zeer verdrietig en gingen hun heer al wat er gebeurd was, mededelen.
Toen ontbood zijn heer hem en zeide tot hem: Slechte slaaf, al die schuld heb ik u kwijtgescholden, daar gij het mij dringend hadt gevraagd. Hadt ook gij geen medelijden moeten hebben met uw medeslaaf, zoals ook ik medelijden had met u? En zijn meester werd toornig en gaf hem in handen van de folteraars, totdat hij hem al het verschuldigde zou betaald hebben.
Filippenzen 4:8-9. Voorts, broeders, al wat waar, al wat waardig, al wat rechtvaardig is, al wat rein, al wat beminnelijk, al wat welluidend is, al wat deugd heet en lof verdient, bedenkt dat; wat u geleerd en overgeleverd is, wat gij van mij gehoord en gezien hebt, breng dat in toepassing en de God des vredes zal met u zijn.
Spreuken 17:5. Wie de arme bespot, smaadt diens Maker; wie zich over rampspoed verheugt, blijft niet ongestraft.
Iemand bespotten betekent dat je op die persoon neerkijkt, dat je klassenbewust bent, dat je houdt van je eigen vertrouwde groepje (kliekje). Je voelt je verheven boven andere mensen. Als je hen bespot dan bespot je God.
Ook als je je verheugt als anderen slechte dingen overkomen, stel je Gods geduld op de proef.
Bovendien als je niet geduldig bent om iemand de kans te geven te veranderen zal God jou straffen.
God ziet het hele menselijke ras als Zijn potentiële familie. God wil ons gebruiken om op te bouwen en een voorbeeld te zijn van het Evangelie, om alle mensen een basis te geven voor verandering.
Als we hen afschrijven voordat God hen afschrijft doen we verkeerd.
Als iemand ons verkeerd behandelt, ligt het op Gods weg om hen te veranderen; misschien corrigeert Hij hen wel op ernstige wijze om ze te helpen tot berouw en bekering te komen, maar wij zouden altijd moeten willen dat de dingen goed uitwerken. Laat alles daarom hun probleem zijn en niet het onze.
Er is niets mis mee met het gaan naar uw broeder om te proberen problemen uit te praten.
Houd afstand van problemen. Laat ontmoediging nooit je problemen definiëren; klim op een bergtop om de zaak vanuit Gods perspectief te bekijken, dan kom je tot echte oplossingen.
Keer de andere wang toe en geef geen plaats aan wrok – slik het verlies.
Gods plan van behoud begint met de armen en als God ziet dat wij de armen kapot maken dan vragen we om actie van God tegen ons.
Jacobus 2:5-7. Hoort, mijn geliefde broeders! Heeft God niet de armen naar de wereld uitverkoren om rijk te zijn in het geloof en erfgenamen van het Koninkrijk, dat Hij beloofd heeft aan wie Hem liefhebben? Doch gij hebt de arme smadelijk behandeld. Zijn het niet de rijken, die u geweld aandoen en die u voor de rechtbanken slepen? Zijn zij het niet, die de goede naam, welke over u aangeroepen is, lasteren?
Spreuken 17:6. De kroon der ouden zijn kindskinderen en de eer der kinderen zijn hun ouders.
In een gelukkig, gezond gezin weet de man dat hij geen mislukkeling is als hij kijkt naar zijn kleinkinderen. Een vader behoort de held van zijn kind te zijn, een rolmodel. Maar dat is in de huidige maatschappij veelal niet het geval.
Voordat hij overlijdt moet hij alles wat hij heeft geleerd doorgeven aan zijn kinderen – dat is het uiteindelijke doel van zijn leven.
Deze maatschappij heeft geen plaats voor de ouderen; als je oud bent heb je geen enkele betekenis meer.
Jesaja 3:10-12. Zegt van de rechtvaardige, dat het hem zal welgaan, want hij zal de vrucht zijner daden eten. Wee de goddeloze, het zal hem slecht gaan, want het werk zijner handen zal hem worden vergolden. De tyrannen van mijn volk zijn kinderen, en vrouwen overheersen het. Mijn volk, uw leiders zijn verleiders en zij maken de weg die u tot pad moest zijn, tot een doolweg.
Onder heidenen heerst het geloof dat afkomstig is van Nimrods vrouw Semiramis (ook wel Istar genoemd) – vrouwen zijn de baas binnen het gezin, stellen de doelen vast en wat er binnen het gezin wordt onderwezen; dit gaat allemaal in tegen Gods wil. En dat loopt allemaal slecht af.
We zouden het op prijs moeten stellen als we een gezin hebben. Dat is een beeld van de Kerk met Christus als haar Hoofd, de hoogste en volmaaktste eenheid.
Het verkeerd toepassen van de gezinsstructuur is een zonde van het hoogste niveau; daarop staat de doodstraf, evenals op elke andere zonde. Hoe God daarmee zal handelen is ervan afhankelijk of het een opzettelijke zonde is of een zonde uit onwetendheid.
Spreuken 17:7. Een groot woord past niet aan een dwaas, hoeveel te minder leugentaal aan een edele.
Een dwaas spreekt zonder na te denken en het interesseert hem niet wat hij zegt.
Iemand die weet dat wat wij zeggen belangrijk is en een weerspiegeling van wat er in ons omgaat, zal ons geen leugens vertellen en kwetsende dingen zeggen – omdat hij weet dat zijn reputatie daardoor bezoedeld wordt.
1 Corinthiërs 12:3. Daarom maak ik u bekend, dat niemand, door de Geest Gods sprekende, zegt: Vervloekt is Jezus; en dat niemand kan zeggen: Jezus is Here, dan door de Heilige Geest.
Spreuken 17:8. Het geschenk is in de ogen van zijn bezitter een kostbare steen, hij is voorspoedig waarheen hij zich ook wendt.
De genade die ons is verleend is als een veelzijdig schitterend juweel in helder licht.
Romeinen 4:8. Zalig de man, wiens zonde de Here geenszins zal toerekenen.
Een rechtvaardig iemand dient een licht te zijn; overal waar hij gaat zouden de mensen flitsen van God zoals de facetten van een juweel moeten zien.
Mattheüs 5:14-16. Gij zijt het licht der wereld. Een stad, die op een berg ligt, kan niet verborgen blijven. Ook steekt men geen lamp aan en zet haar onder de korenmaat, maar op de standaard, en zij schijnt voor allen, die in het huis zijn. Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de hemelen is, verheerlijken.
Spreuken 17:9. Wie een overtreding bedekt, jaagt liefde na; maar wie een zaak ophaalt, brengt scheiding tussen vrienden.
Roddelen en een grote mond hebben zijn verschrikkelijke zonden – daardoor wordt duidelijk dat je een goddeloos, liefdeloos iemand bent.
De Apostel Paulus beschreef sommige leden in de kerk als “niet alleen zonder bezigheid, maar ook bezig met praatjes” (1 Timotheüs 5:13).
Jezus zei:
Mattheüs 12:36. Van elk ijdel woord, dat de mensen zullen spreken, zullen zij rekenschap geven op de dag des oordeels,
De menselijke natuur houdt ervan mensen kapot te maken; dat is grappig. Maar onze mond kan relaties vernietigen die jaren hebben gekost om op te bouwen. Daardoor wordt een atmosfeer van wraak, bitterheid, wantrouwen gecreëerd, waardoor de Heilige Geest die in die personen werkt wordt uitgedoofd. Daarom zegt God ons onze mond dicht te doen.
Spreuken 17:10. Een berisping maakt op de verstandige meer indruk dan honderd slagen op een zot.
Aan alle mensen moet genade geboden worden om leven te vinden, daarom is het een vrij goede aanname dat in ons allemaal heel wat aanwezig is waarvoor we vergeving nodig hebben. God kan hiermee omgaan, maar God kan niet aanvaarden dat we een houding hebben waarin we weigeren onze zonden te erkennen.
Het weigeren van correctie betekent dat we denken dat er niets aan ons mankeert en dat er niets in ons leven is waarop het bloed van Christus dient te worden toegepast. Dat is een heel gevaarlijke benadering van het leven.
God weet dat we niet volmaakt zijn, maar Hij zal met ons werken zolang we bereid zijn te erkennen dat er heel veel dingen in ons veranderd moeten worden. Als we niet willen veranderen zal God onze vrije wil geen geweld aandoen, waardoor we nooit als schepping van God voltooid zullen worden.
Mensen die de juiste houding hebben, luisteren omdat ze het beter willen doen. Zij zien het voordeel van constructieve kritiek
Trots en onwetendheid isoleren iemand in zijn eigen dwaasheid.
Een dwaas kan niet leren van de harde slagen van het leven; er is heel zware bestraffing nodig om tot hem door te dringen.
Aan het onvermogen tot luisteren, kan men aflezen met een dwaas vandoen te hebben.
Spreuken 17:11. De wederspannige [Leidse Vertaling: oproermaker] zoekt slechts het kwade, maar tegen hem zal een onbarmhartige bode worden gezonden.
Als we oproerig zijn binnen ons land, of binnen onze eigen familie, zal God een wrede bode zenden om ons de oorlog te verklaren.
Deuteronomium 28:49-51. De HERE zal tegen u doen aanrukken een volk, dat van verre komt, van het einde der aarde, zoals een arend aanzweeft: een volk, waarvan gij de taal niet verstaat, een hardvochtig volk, dat geen grijsaard ontziet en geen knaap genade bewijst; dat de vrucht van uw vee en van uw bodem zal opeten, totdat gij verdelgd zijt; dat u geen koren, most of olie zal overlaten, noch de worp van uw runderen of de dracht van uw kleinvee, totdat het u te gronde gericht heeft.
Voor Israël waren dat de Assyriërs, voor Juda de Babyloniërs.
Spreuken 17:12. Laat een van jongen beroofde berin iemand tegenkomen, maar niet een zot in zijn dwaasheid.
Een dwaas die helemaal opgaat in zijn dwaasheid is gevaarlijker dan een berin beroofd van haar jongen.
Zo’n berin heeft een reden om ons aan te vallen, de dwaas heeft die niet en voegt zich naar geen enkele wet die God in werking heeft gezet.
We moeten uitkijken niet tussen een berin en haar jongen te komen, evenmin tussen een dwaas en zijn dwaasheid.
Filippenzen 3:17-21. Weest allen mijn navolgers, broeders, en ziet op hen, die evenzo wandelen, gelijk gij ons tot voorbeeld hebt. Want velen wandelen (ik heb het u dikwijls van hen gezegd, maar nu zeg ik het ook wenende) als vijanden van het kruis van Christus. Hun einde is het verderf, hun God is de buik, hun eer stellen zij in hun schande, zij zijn aardsgezind.
Want wij zijn burgers van een rijk in de hemelen, waaruit wij ook de Here Jezus Christus als verlosser verwachten, die ons vernederd lichaam veranderen zal, zodat het aan zijn verheerlijkt lichaam gelijkvormig wordt, naar de kracht, waarmede Hij ook alle dingen Zich kan onderwerpen.
Spreuken 17:13. Wie kwaad voor goed vergeldt, het kwaad zal van zijn huis niet wijken.
Een voorbeeld hiervan is het nalaten van een erfenis aan het meest onwaardige lid van het gezin, terwijl je hen op wie je altijd echt hebt kunnen bouwen niet bedenkt in je testament.
God haat onrechtvaardigheid en niemand kan daarmee wegkomen wil hij in staat zijn op de weg naar eeuwig leven voort te gaan.
Psalm 73:2-17. Maar mij aangaande, bijkans waren mijn voeten afgeweken, bijna waren mijn schreden uitgegleden.
Want ik was afgunstig op de hoogmoedigen, toen ik de voorspoed der goddelozen zag. Want moeiten hebben zij niet, gaaf en welgedaan is hun lichaam; in de kwelling der stervelingen delen zij niet, en met andere mensen worden zij niet geplaagd.
Daarom is de trots hun een halssieraad, het geweld omhult hen als een kleed; hun ogen puilen uit van vet, de inbeeldingen van hun hart lopen over; zij spotten, en boosaardig spreken zij van verdrukking, zij spreken uit de hoogte; ze zetten een mond op tegen de hemel, en hun tong roert zich op de aarde.
Daarom wendt zijn volk zich hierheen, en als water in overvloed wordt het door hen geslorpt; zij zeggen:
Hoe zou God het weten; zou er ook wetenschap zijn bij de Allerhoogste?
Zie, zo zijn de goddelozen, altijd onbezorgd vermeerderen zij het bezit. Maar tevergeefs heb ik mijn hart rein gehouden, mijn handen in onschuld gewassen. De ganse dag word ik geplaagd, mijn bestraffing is er elke morgen. Indien ik gezegd had: Ik zal aldus spreken, zie, dan ware ik afvallig geweest van het geslacht uwer kinderen. Ik tobde erover om dit te begrijpen, een kwelling was het in mijn ogen, totdat ik in Gods heiligdommen inging, en op hun einde lette.
Een deel van ons geloof is geloven dat God ons zal beschermen en ons van de verdrukker zal verlossen.
De 613 wetten van Israël waarborgden dat niemand verdrukt zou worden, zodat het hun vrij stond hun relatie met God in stand te houden en uit te bouwen.
Spreuken 17:14. Het begin van een twist is als het doorsteken van een waterkering; laat dus af van twist, voordat hij losbreekt.
In het dierenrijk gelden dezelfde regels als onder niet-bekeerde mensen. Als het niveau van opwinding begint te rijzen, gaat dat door tot in de gevarenzone. Dan is het te laat. Roep het in een vroeg stadium een halt toe. De sleutel daartoe is de waarschuwingssignalen te zien en weg te wezen – niet betrokken raken, niet praten, niet kijken.
Prediker 3:19. …, waarbij de mens niets voor heeft boven de dieren; want alles is ijdelheid,
De essentie is dat God niet wil dat we ons op deze manier gedragen. Er is een tijd waarop God wil dat we vluchten, de snelste weg nemen, wegwezen, er tussenuit knijpen.
Spreuken 22:3. De schrandere ziet het onheil en bergt zich, maar de onverstandigen gaan hun gang en moeten boeten.
Spreuken 17:15. Wie een goddeloze vrijspreekt en wie een rechtvaardige veroordeelt, deze beiden zijn de HERE een gruwel.
Als we achter de goddelozen gaan staan en de rechtvaardigen aan hun lot over laten, heeft God daar een afschuwelijke hekel aan. God is in het algemeen heel barmhartig, maar in dit soort omstandigheden dagen we God uit in actie te komen, en we zullen die actie niet op prijs stellen.
1 Koningen 11:7-8. Toentertijd bouwde Salomo een hoogte voor Kemos, de gruwel van Moab, op de berg ten oosten van Jeruzalem, en voor Moloch, de gruwel der Ammonieten. Hetzelfde deed hij voor al zijn vreemde vrouwen, die reukoffers en slachtoffers aan haar goden brachten.
Gruwel: voorwerp van afschuw, iets dat bezoedelt, onzuiver, waardeloos is. Het betekent ontwijd en God zal ons in zo’n toestand niet overwegen om te helpen. We vallen dan niet meer onder genade, totdat we gaan veranderen (ons bekeren). Het is geen goede toestand om in te verkeren.
Het heidense geloofssysteem is een gruwel die leidt tot elke denkbare afwijkende levensvorm: naast kinder- en volwassenenoffers en ook allerlei seksuele praktijken. Het woord kannibaal komt van de priesters van Baäl die kannibalisme pleegden. Dit is zo’n duister onderwerp dat God ons in de Schriften leert dat we ons zelfs niet in hun praktijken moeten verdiepen.
Spreuken 17:16. Wat baat de koopprijs in de hand van de dwaas om wijsheid te kopen, daar hij immers geen verstand heeft?
De Living Bible vertaalt dit vers met: Het is zinloos schoolgeld te betalen voor de scholing van een opstandig iemand die geen hart heeft voor de waarheid.
Verspil niet het merendeel van je vermogen, waar je hard voor hebt gewerkt, door het te laten vergooien door een dwaas.
Geef zo iemand een houweel en een schop zodat hij de harde lessen van het leven kan leren, zodat hij leert wat het leven niet is.
Spreuken 17:17. Een vriend heeft te allen tijde lief, maar een broeder wordt voor de nood geboren.
Geen mooi-weer vrienden, die al de juiste woorden hebben, maar je laten zitten als je ze echt nodig hebt. De meeste mensen zijn zelfgericht en zullen hun nek nooit voor iemand anders uitsteken. En soms zijn de mensen die het voor je opnemen degenen waarvan je het het minst verwacht.
Jezus Christus is de grootste vriend die we hebben, of we dat erkennen of niet. Niet in woorden waarmee zoveel dwaze mensen onze oren vullen, maar in wat Hij doet bewijst Hij Zijn waarde: door de vruchten in ons leven.
Johannes 15:13-16. Niemand heeft grotere liefde, dan dat hij zijn leven inzet voor zijn vrienden. Gij zijt mijn vrienden, indien gij doet, wat Ik u gebied.
Ik noem u niet meer slaven, want de slaaf weet niet, wat zijn heer doet; maar u heb Ik vrienden genoemd, omdat Ik alles, wat Ik van mijn Vader gehoord heb, u heb bekend gemaakt.
Niet gij hebt Mij, maar Ik heb u uitgekozen en u aangewezen, opdat gij zoudt heengaan en vrucht dragen. En uw vrucht zou blijven, opdat de Vader u alles geve, wat gij Hem bidt in mijn naam.
Spreuken 17:18. Een verstandeloos mens is hij, die handslag geeft, die zich borg stelt voor zijn naaste.
Bij een rechtvaardig iemand is zijn woord een contract. Hij hoeft dat niet schriftelijk te bevestigen. Maar deze persoon maakt de fout overeenkomsten aan te gaan met de verkeerde mensen. Met mensen waarbij een overeenkomst wel schriftelijk zou moeten worden vastgelegd om hen hun beloften te doen nakomen.
Op God kunnen we vertrouwen en Hij heeft dit ook schriftelijk vastgelegd:
Genesis 9:9. Zie, Ik richt mijn verbond op met u en met uw nageslacht,
Met de goddeloze is het een ander verhaal, God laat zien dat Hij dat zelfs niet schriftelijk heeft vastgelegd:
Exodus 23:32. Gij zult noch met hen noch met hun goden een verbond sluiten.
Spreuken 17:19. Wie twist liefheeft, heeft overtreding lief; wie een grote mond opzet, zoekt verderf.
God geeft ons een heel eenvoudige formule: iemand die van vechten houdt, houdt van zonde. Hoe sterk ze er ook van overtuigd mogen zijn dat ze zichzelf verhogen, ze zoeken eigenlijk hun eigen vernietiging. Laat je dus door hen niet inpalmen.
Of iemand vol is van zichzelf kom je te weten door alleen maar naar hem te luisteren.
2 Thessalonicenzen 3:6. Maar wij bevelen u, broeders, in de naam van de Here Jezus Christus, dat gij u onttrekt aan elke broeder. Hij, die zich ongeregeld gedraagt, in strijd met de overlevering, die gij van ons ontvangen hebt.
Spreuken 17:20. De verkeerde van hart vindt geen geluk, de valse van tong valt in het ongeluk.
Als je moet liegen en dingen verzinnen, betekent dat dat de wereld waarin je leeft een ongelukkige, lelijke, verdorven plaats is. En als jij op deze weg voortgaat zal jouw wereld alleen maar donkerder worden.
Lucas 11:34-35. De lamp van het lichaam is uw oog. Indien dan uw oog zuiver is, is ook uw gehele lichaam verlicht. Maar wanneer het slecht is, is ook uw lichaam duister. Zie dan toe, dat wat licht in u is niet duisternis zij.
Johannes 3:19-21:
Dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen is. Maar de mensen de duisternis liever gehad hebben dan het licht, want hun werken waren boos.
Want een ieder, die kwaad bedrijft, haat het licht, en gaat niet tot het licht, opdat zijn werken niet aan de dag komen. Maar wie de waarheid doet, gaat tot het licht, opdat van zijn werken blijke dat zij in God verricht zijn.
Spreuken 17:21. Wie een zot verwekt, die wordt het tot kwelling, de vader van een dwaas zal zich niet verheugen.
Het hebben van een zoon die van de weg ten leven afgaat, bezorgt een vader groot verdriet. Dat voelt God op precies dezelfde manier. Als je iemand het beste van jezelf geeft en hem geduldig tijd geeft om wakker te worden, maar hij reageert in het geheel niet, dan is dat ontmoedigend.
Maar God laat zien dat dit verdriet uiteindelijk op hun eigen hoofd zal neerkomen.
Romeinen 9:1-3:
Ik spreek de waarheid in Christus, ik lieg niet, want mijn geweten betuigt mij dit mede door de heilige Geest. Ik heb een grote smart en een voortdurend hartzeer. Want zelf zou ik wel wensen van Christus verbannen te zijn ten behoeve van mijn broeders, mijn verwanten naar het vlees;
Spreuken 17:22. Een vrolijk hart bevordert de genezing, maar een verslagen geest doet het gebeente verdorren.
Voortdurend negatief zijn is niet de manier waarop God ons heeft ontworpen.
Een belofte en uitdaging voor het geloof. We moeten worden als kleine kinderen.
Spreuken 3:7-8. Wees niet wijs in eigen ogen, vrees de HERE en wijk van het kwaad; het zal medicijn wezen voor uw vlees, en lafenis voor uw gebeente.
Geestelijk groeien in een goddelijke omgeving
Met andere woorden leven in overeenstemming met Gods manier van leven helpt ons in het hier en nu om een gezonder leven te leiden.
Spreuken 17:23. De goddeloze neemt een geschenk uit de buidel aan, om de paden van het recht te buigen.
Het aannemen van steekpenningen vernietigt je karakter, laat de goddeloze vrijuit gaan en berokkent schade aan de onschuldige.
Spreuken 17:24. De verstandige heeft de wijsheid voor ogen, maar de ogen van een dwaas dwalen tot het einde der aarde.
Het is wijsheid om te groeien in genade en het vervullen van Gods doel met ons leven. De dwaas handelt op de verkeerde manier met alles in zijn leven. Hij denkt onrealistisch om Gods doel (voor hem) te bereiken.
Spreuken 17:25. Een dwaas zoon is zijn vader een ergernis en een verdriet voor wie hem baarde.
Een dwaas zoon is een verworpene (een mislukking voor het gezin. Hij is in geen enkel opzicht een vertegenwoordiger van zijn voorgeslacht).
Hij kiest voor een manier van leven die schande met zich meebrengt en hartzeer voor het gezin. Daarom voldoet hij aan geen enkele verwachting die zijn vader van hem had. En uiteindelijk berouwt het de moeder dat ze hem ooit ter wereld heeft gebracht; het zou beter zijn geweest als hij nooit geboren was.
De liefde en het geduld was misschien wel vele jaren aanwezig, maar uiteindelijk heeft hij wat hem overkomt zichzelf aangedaan.
Spreuken 17:26. Een rechtvaardige te beboeten is reeds verkeerd, onbehoorlijk is het een edele te slaan.
Respecteer het geweten van anderen.
Het is niet goed iemand te straffen als hij iets doet wat volgens hem juist is.
Voor hem die weet en het niet doet is het zonde. Paulus zei dat dit zo zou zijn voor een vegetariër als hij vlees zou eten.
Romeinen 14:23. Maar wie twijfelt, wanneer hij eet, is veroordeeld, omdat hij het niet uit geloof doet. En al wat niet uit geloof is, is zonde.
Spreuken 17:27. De verstandige houdt zijn woorden in, de man van inzicht is bezonnen.
Ware kennis is de manier waarop God wil dat we leven, of we nu worden vernederd tot armoede of overvloed hebben.
Filippenzen 4:12-13. Ik weet wat armoede is en ik weet wat overvloed is. In elk opzicht en in alle dingen ben ik ingewijd. Zowel in verzadigd worden als in honger lijden, zowel in overvloed als in gebrek. Ik vermag alle dingen in Hem, die mij kracht geeft.
Een geestelijk gebalanceerd iemand is als een onderworpen hond; hij blaft niet te vaak en is kalm en tevreden.
De drie aapjes: niet zien, niet horen niet praten.
Spreuken 17:28. Zelfs een dwaas die zwijgt, gaat door voor wijs; als hij zijn lippen gesloten houdt, voor verstandig.
God laat ons zien dat anderen ons de verdienste geven weloverwogen te handelen als we gewoon onze mond houden.
Zwijgen is goud.
Wordt vervolgd met: Spreuken 18
[Bijbelteksten zijn ontleend aan de Herziene Statenvertaling © 2010 Stichting HSV’][Nadruk van ons]
[Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBG-vertaling 1951][Nadruk van ons]