Nikolaïeten in drie Gemeenten van God
Nikolaïeten in drie Gemeenten van God: In Efeze, Pergamum en Thyatira.
De Nikolaïeten: Michael Heiss, 10 december 2016
We gaan een kijkje nemen naar een groep, of een beweging als u het zo wil noemen, waarvan God zegt dat Hij de daden haat! Hij is werkelijk van streek over hen. Hij was dat bij het begin van die beweging en is dat nog steeds.
- Wie zijn deze mensen?
- Wat is deze groep?
Deze groep wordt op één plaats in de Bijbel vermeld, tweemaal in hetzelfde hoofdstuk, en wel in Openbaring 2. Zij worden de Nikolaïeten genoemd! Een fascinerende groep!
U kunt denken dat u weet wie en wat zij waren, maar laat mij u zeggen dat zij veel meer verbreid zijn dan dat. Dat was een aspect over hen waarvan ik me tot voor kort niet volledig bewust was; voornamelijk omdat ik er nog niet vanuit het gezichtspunt van het Hebraïsme naar gekeken had.
In Openbaring 2 en 3 vinden we de brieven aan de zeven gemeenten.
Openbaring 2:1-2 Schrijf aan de engel der gemeente te Efeze:
Dit zegt Hij [Jezus Christus], die de zeven sterren in zijn rechterhand houdt, die tussen de zeven gouden kandelaren wandelt:
Ik weet uw werken en inspanning en uw volharding en dat gij de kwaden niet kunt verdragen en hen op de proef gesteld hebt, die zeggen, dat zij apostelen zijn, maar het niet zijn, en dat gij hen leugenaars hebt bevonden,
Jezus Christus berispt hen, maar Hij zegt:
Doch dit hebt gij, dat gij de werken der Nikolaïeten haat, welke ook Ik haat. (Openbaring 2:6)
Dit was de gemeente te Efeze, maar zij waren niet alleen actief binnen de gemeente te Efeze.
We gaan nu lezen over de gemeente te Pergamum:
We zullen zien dat de Nikolaïeten ook verbonden zijn met hen die afgodenoffers eten.
- Hoe kunnen we begrijpen waar zij voor staan?
Neem het woord Nikolaïeten, volgens hen die ter zake kundig zijn op het gebied van talen en woordoorsprong – etymologen – bestaat dit woord uit twee andere woorden:
- nico – overwinnen, heersen, domineren
- laos – volk, mensen
- Welk volk, welke mensen?
We hebben het hier over de Kerk van God!
De Nikolaïeten vormen dus een groep die het volk van God overheerst.
Dit is het eerste aspect van de Nikolaïeten, omdat hier het begin, de oorsprong, ligt van een hiërarchische geestelijkheid, die zich opstelt tussen God en Zijn volk. God haat dat!
- Kom niet tussen Mij en Mijn volk.
- Filter niet Mijn woorden en Mijn gedachten, in de zin van:
- God zegt wat wij zeggen dat Hij zegt;
- De Bijbel zegt datgene wat wij vinden dat hij zegt (alleen onze interpretatie is juist).
God haat dat! Dit is het eerste aspect van de Nikolaïeten.
Er is een tweede aspect met hen verbonden en daar gaan wij ons echt op concentreren.
Maar voordat we dat kunnen begrijpen, moeten wij het concept Hebraïsme begrijpen, de praktijk van het bij de kop pakken van een Hebreeuws woord, of een stel Hebreeuwse woorden, en die in een andere taal uitschrijven. In dit geval het Grieks.
We gaan een Hebreeuws woord nemen om dat in het Grieks te gaan spellen. Laten we daarvoor kijken hoe dat werkt voor het woord Nikolaïeten van het Hebreeuws naar het Grieks. We zien dat het afkomstig is van het Hebreeuwse ‘nakl’ dat eten betekent. We hebben het hier over het eten van vlees dat aan afgoden geofferd is, enz. Laten we naar een voorbeeld kijken:
Jesaja 4:1 Zeven vrouwen zullen te dien dage één man aangrijpen en zeggen: Ons eigen brood willen wij eten en ons eigen kleed aantrekken, laat ons slechts uw naam dragen, neem onze smaad weg.
Die woorden “willen wij eten” zijn van het Hebreeuwse ‘nakl’, afhankelijk of het enkelvoudig, mannelijk, vrouwelijk of meervoudig is.
Dit Hebreeuwse woord ‘nakl’ wordt met Griekse letters gespeld als nicol’. Als we het letterlijk opvatten betekent het laten wij [eten] of wij zullen eten wat we willen eten:
- wij willen verboden voedsel eten
- we willen eten ongeacht of iemand zegt dat we niet moeten eten
Zij aten in werkelijkheid dus voedsel geofferd aan de afgoden, daar gaat het hier om.
Parallellisme
Maar Ik heb enkele dingen tegen u: dat gij daar sommigen hebt, die vasthouden aan de leer van Bileam, die Balak leerde de kinderen Israëls een strik te spannen, dat zij afgodenoffers zouden eten en hoereren. (Openbaring 2:14)
Zo hebt ook gij sommigen, die op gelijke wijze aan de leer der Nikolaïeten vasthouden. [Statenvertaling voegt toe; hetwelk Ik haat.] (Openbaring 2:14-15)
Deze twee verzen vormen een parallellisme!
Openbaring 2:15 (HSV) luidt: Zo hebt u er ook die zich houden aan de leer van de Nikolaïeten en dat haat Ik.
Als we voor Nikolaïeten substitueren wat dit woord Hebraïsme betekent, komt er het volgende te staan:
Zo hebt u er ook die zich houden aan de leer van hen die zelf wel bepalen wat ze zullen en willen eten en dat haat Ik.
Dit eten kan fysiek voedsel kan betreffen, maar ook geestelijk voedsel. Vanuit het Oude Testament weten we dat afgodendienst (het “eten” van geestelijk verkeerd voedsel) hoererij wordt genoemd. Met deze toevoeging kunnen we dit vers ook verwoorden als:
Zo hebt u er ook die zich houden aan de leer van hen die zelf wel bepalen wat ze zullen en willen eten, ook al betreft dat geestelijke hoererij, en dat haat Ik.
Zodoende staat er praktisch hetzelfde als in vers 14, dus vormen deze twee verzen een parallellisme!
De Nikolaïeten compromitteerden
De Nikolaïeten compromitteerden het Woord van God, Zijn instructies, om op goede voet te blijven staan met de wereld. Zij vereerden Romeinse goden teneinde vrede binnen de Romeinse wereld te hebben.
Zij hadden om zo te zeggen één voet in de Kerk en één voet in de Grieks-Romeinse wereld.
God zegt dat Hij dat haat! Het is bijna net als met de Laodiceeërs. Bedenk wat God over hen zei (Openbaring 3).
Hij zei: ‘Ik wilde dat jullie heet of koud waren, maar jullie zijn geen van beide. Ik wenste wel dat jullie geen deel van Mijn Lichaam uitmaakten – het Lichaam van Christus – of dat jullie in vuur voor Mij stonden, dat jullie de Heer, jullie God, met heel jullie hart en met al jullie kracht zouden liefhebben.’
Nikolaïeten in drie Gemeenten van God?
God wilde met dit gedrag niets vandoen hebben! Dat heeft Hij nooit gewild! Maar dit zijn dus de Nikolaïeten.
Dit waren heidenen. De Kerk was in eerste instantie Joods, de eerste tientallen jaren bestond ze bijna geheel uit Joden. Maar toen kwam de opening van het Evangelie door Petrus voor Cornelius. Nog weer later werd de apostel Paulus geroepen; hij was Saulus en werd Paulus. Daarna kwamen er duizenden en duizenden mensen de Kerk binnen.
Natuurlijk ontstond er een controverse. Ze moeten de wet houden, ze moeten Joden worden – je moet eerst Jood worden en pas daarna kun je christen worden – en heel de wet houden.
Dat werd uiteindelijk op de conferentie te Jeruzalem opgelost. Maar let op wat die conferentie te Jeruzalem over deze heidenen zei en wat ze verondersteld werden te doen.
(Handelingen 15).
Laten we de beslissing lezen die werd genomen:
Want het heeft de Heilige Geest en ons goed gedacht, u verder geen last op te leggen dan dit noodzakelijke:
- onthouding van hetgeen de afgoden geofferd is,
- van bloed,
- niet eten van het verstikte en
- van hoererij;
indien gij u hier voor wacht, zult gij wel doen. Vaart wel! (Handelingen 15:28-29)
- Wat moesten ze dan aan met ‘gij zult niet doden, stelen’, de Tien Geboden?
Ze maakten zich daar niet druk over omdat zij godvrezend waren en bijeenkwamen in de synagogen en Mozes op regelmatige basis hoorden verkondigd worden. De apostelen hoefden hen daarover niets te zeggen, maar zij legden de nadruk op deze vier punten.
Waarom?
Omdat deze vier voorwaarden punten betroffen waarmee ze in de Grieks-Romeinse wereld bijna dagelijks te maken hadden!
Als je vlees wilde eten waren de heidense tempels bijna de enige bron, omdat daar vlees aan de afgoden werd geofferd. Daar aten ze het vlees van dieren die waren gewurgd, en daar dronken ze het bloed. Dit was gebruikelijk in de Grieks-Romeinse wereld. Bovendien hoererij en seksuele losbandigheid: de Griekse wereld en de Romeinse wereld waren er geheel van doortrokken.
Dit waren dus de vier punten waarvan God door Zijn Kerk zei: ‘Jullie heidenen, die in de Kerk komen, moeten hiermee ophouden, dan doen jullie wel!’
Maar kijk wat de Nikolaïeten deden, nu in de brief aan de gemeente te Pergamum:
Openbaring 2:14 Maar Ik heb enkele dingen tegen u: dat gij daar sommigen hebt, die vasthouden aan de leer van Bileam, die Balak leerde de kinderen Israëls een strik te spannen, dat zij afgodenoffers zouden eten en hoereren.
- Hier hebben we de Nikolaïeten die deze dingen deden.
Zij zouden zeggen: ‘Wij komen op de diensten, we vereren God. Maar begrijp ons goed, we moeten ook met de Romeinse wereld overweg kunnen. Als we erg vervolgd worden kunnen we God niet dienen. Daarom moeten we dus deze Romeinse goden eren en moeten we deelnemen aan deze tempelrituelen. Maar we komen uiteraard weer terug naar de Kerk, we wonen de diensten bij, we luisteren naar de verkondiging van Mozes.’
- Wat zegt God?
Openbaring 2:16 Bekeer u dan; …
Hij zegt: ‘Ik heb hier niets mee vandoen! Jullie moeten dat ook niet!’ Maar zij deden dat wel, en ook geestelijk.
Aan de gemeente te Tyatira:
Openbaring 2:18, 20 En schrijf aan de engel der gemeente te Tyatira: Dit zegt de Zoon Gods, die ogen heeft als een vuurvlam en zijn voeten zijn als koperbrons: … Maar Ik heb tegen u, dat gij de vrouw Izebel laat begaan, die zegt, dat zij een profetes is. En zij leert en verleidt mijn knechten om te hoereren en afgodenoffers te eten.
Er waren deze zeven gemeenten, zij bestonden in dezelfde tijd en lagen aan een postroute. Maar ze zijn ook kenmerkend voor de Kerk van God door de eeuwen heen.
Hier hebben we een aanwijzing dat het eten van aan de afgoden geofferde dingen en hoererij veel meer is dan alleen maar fysieke hoererij, of veel meer dan alleen maar het eten van voedsel dat aan letterlijke afgoden was geofferd. Het was geestelijk!
Openbaring 17:1-2 En een van de zeven engelen, die de zeven schalen hadden, kwam en sprak met mij, zeggende: Kom hier, ik zal u tonen het oordeel over de grote hoer, die zit aan vele wateren, met wie de koningen der aarde gehoereerd hebben, …
Dit is geen letterlijke, seksuele hoererij.
Dit is:
- een manier van denken,
- een systeem van geloof,
- een manier van leven,
- het navolgen van de grote hoer en
- luisteren naar haar leerstellingen, haar geloofsopvattingen!
Openbaring 17:2 …, en zij, die op de aarde wonen, zijn dronken geworden van de wijn harer hoererij.
De wijn van haar leerstellingen.
Openbaring 17:4 En de vrouw was gehuld in purper en scharlaken en rijk versierd met goud, edelgesteente en paarlen, en zij had in haar hand een gouden beker, vol gruwelen, en de onreinheden van haar hoererij.
In dit geval hebben we het over geloof!, leerstellingen!
De Nikolaïeten zouden in deze tijd tot een kerk behoren, het doet er niet toe welke, en zeggen:
‘O ja, ik loof de Heer, ik geloof in Jezus als mijn Verlosser.’ Maar als ze eenmaal buiten de kerk zijn hebben we geen idee wat ze doen. Allerlei soorten bezigheden die niet van God zijn! Ogenschijnlijk behoren ze tot de Kerk, maar daar staan ze maar met één voet in, terwijl de andere voet stevig in de moderne wereld staat.
-
God zegt: ‘Bekeert u, Ik heb niets vandoen met zulke dingen!’
Dit zijn dus de Nikolaïeten en zij zijn anders, echt anders! Zij wilden een compromis sluiten met de Romeinse wereld. Net zoals mensen in deze tijd een compromis met het systeem willen sluiten: entertainment, bezigheden, … ‘Weet u, soms moet ik op Sabbat tijd besteden aan dit of dat, maar ik zal morgen op de dienst verschijnen, echt. Ik bid en geef tienden en offeranden. Ziet u, ik ben een goed mens.’
Wel, ja en nee! Ja, het is goed dat u naar de diensten komt en God erkent.
Maar God zegt:
- ‘Wacht even, luister naar Mij! Gaat uit van haar, Mijn volk!
- Gaat uit van haar! Ik wil hier niets mee te maken hebben, jullie zijn of voor Mij of niet.
- Jullie zijn of van harte Mijn zonen en dochters, of jullie zijn dat niet.
- Ik wil niets te maken hebben met het ene zeggen en het andere doen: voedsel eten dat aan afgoden geofferd is.
- Dit zijn valse leerstellingen en een compromitteren van Mijn instructies.’
Dit zijn Nikolaïeten! Ik zeg u dat er in deze tijd miljoenen van zijn. Velen van ons zijn Nikolaïeten. Maar buiten de Kerk van God zijn er heel veel. God waarschuwt en zegt niet op die manier in elkaar te zitten.
In feite gebruikt Hij in zekere zin een woordspeling. Alleen God zou er aan kunnen denken het op die manier onder woorden te brengen:
De boom des levens
Openbaring 2:7 Wie een oor heeft, die hore, wat de Geest tot de gemeenten zegt. Wie overwint, hem zal Ik geven te eten van de boom des levens, die in het paradijs Gods is.
Kijk naar de vergelijking: God zegt:
- ‘Eet geen voedsel dat aan de afgoden geofferd is, of dat nu fysiek is of geestelijk in de zin van valse leerstellingen.
- Als u wilt ophouden met het eten van die dingen, waarvan Ik zeg ze niet te eten, zal Ik op Mijn beurt u toelaten te eten van de Boom des Levens.
- Als u dat voedsel opgeeft – wat eigenlijk helemaal geen voedsel is; het leidt tot de dood – en tot Mij komt, zal Ik u de Boom des Levens geven. Ik zal u voedsel geven waardoor u voor eeuwig zult leven.’
God weet dat we niet onbeperkt kunnen meeliften met het Romeinse wereldse systeem. Vroeger of later zult u, als u één voet in de kerk van God en één voet in de wereld hebt, volledig moeten kiezen voor de een of de ander. U kunt niet eeuwig meeliften met Rome. U kunt niet eeuwig uw loyaliteit blijven verdelen. Dat werkt gewoon niet!
Tenzij u zich bekeert en met beide voeten uit die wereld naar God komt, zult u van Gods weg afglijden de wereld in. Dat zal beslist gebeuren!
Voor ons is het eenvoudig. We moeten ons ervan vergewissen dat we geen Nikolaïeten zijn!
Bron: https://www.cbcg.org/images/books/The-Nicolaitans-Heiss-12-10-16.pdf
Meer informatie vindt u hier: Nikolaïeten? Wie waren de Nikolaïeten? Wat leerden zij?
[Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBG-vertaling 1951][Nadruk van ons]